- beurs
- beurs1{{/term}}〈de〉1 [studiebeurs] scholarship ⇒ grant2 [gebouw] Stock Exchange3 [handel] exchange ⇒ market4 [vaak in samenstellingen] [tentoonstelling] fair ⇒ show, exhibition5 [portemonnee] purse6 [dierkunde] pouch♦voorbeelden:1 een beurs hebben, van een beurs studeren • have a granteen beurs krijgen • get a grant3 op de beurs, ter beurze • on the stock exchange4 antiekbeurs • antique(s) fair5 mensen met een minder goed gevulde beurs • people of modest meanszijn beurs spekken • line one's purseeen aanslag op iemands beurs • a strain on someone's resources————————beurs2{{/term}}〈bijvoeglijk naamwoord〉1 overripe ⇒ mushy♦voorbeelden:¶ 〈informeel〉 iemand beurs slaan • beat someone to a pulp
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.